Met een integraal kan je de oppervlakte berekenen die word ingesloten door een bepaalde grafiek, de x- as en eventueel verticale lijnen.
In het figuur hiernaast is een grafiek te zien waarin oppervlakte A wordt ingesloten door de functie f(x) en de x -as.
Als je hier een integraal bij op wil stellen zul je moeten berekenen bij welke waarden van x f(x) de x-as snijdt oftewel f(x)=0.
Op het moment dat je dit hebt berekent zet je het laagste getal onder de integraal en de hoogste waarde bovenin de integraal.
bijvoorbeeld:
In het figuur hiernaast is een grafiek te zien waarin oppervlakte A wordt ingesloten door de functie f(x), lijn x=1, lijn x=-1 en de x -as.
In dit geval zet je de laagste x-waarde weer onder de integraal en boven de integraal de hoogste x-waarde.
Dus: